DNM-Online Boeken en beschouwingen

 

DNM-Online
 

 

woensdag 26 juni 2024

Hallo witte scholen, klasse heeft ook kleur

Leestip

Jeroen Onstenk, emeritus lector en redacteur van DNM

Anousha Nzume (54, kleinkunstenaar en publicist) schreef als vervolg op de bestseller Hallo witte mensen (2017) een boek over klasse, kleur en ongelijkheid in het onderwijs. Ze gaat bevlogen in op oorzaken en gevolgen van onderwijssegregatie en alledaags en systemisch racisme in het onderwijs. Dan gaat het naast pijnlijke opmerkingen of gedrag van leraren ook om bijvoorbeeld onder-advisering van kinderen van kleur, soms uit goedbedoelde bevoogding. Kinderen met een migratieachtergrond krijgen structureel een lager schooladvies, waarbij klasse en cultureel-etnische afkomst te vaak een doorslaggevende rol spelen.

Nzume beschrijft veel, vaak schrijnende, voorbeelden. Deels afkomstig uit haar eigen ervaringen als kind en moeder, deels uit die van veel mensen van kleur. Op haar basisschool werd de zesjarige Anousha door andere kinderen aan een boom vastgebonden en uitgescholden voor spoetn*kker. Gezien haar Russische moeder en Kameroense vader kan ze nu waardering opbrengen voor de creativiteit van het scheldwoord, maar dat maakt de herinnering niet minder pijnlijk. Erger was dat de juf er niets tegen deed, maar meelachte met de klas: ‘Ze zei niet: jongens, zo praten we niet tegen elkaar. Heel heftig, heel pijnlijk. Ik ben dat nooit vergeten.’ Na een jaar, waarin ze op geen enkel verjaardagspartijtje werd uitgenodigd, ging ze naar een andere school. ‘Daar werd ik niet meer gepest, maar vonden ze me lastig omdat ik had besloten voor mezelf op te komen. Op al mijn rapportjes stond: moeilijk, druk, praat te veel, neemt nergens genoegen mee. Ondanks het feit dat Nzume hoogopgeleide ouders had, kreeg ze zelf een laag schooladvies (mavo). Ze constateert dat 70 procent van de kinderen van kleur een vmbo-advies krijgt en 70 procent van de witte kinderen havo/vwo. Maar het kan toch niet zo zijn dat kinderen van kleur minder intelligent zijn?

Onderwijssysteem
Nzume gaat in op de geschiedenis van het Nederlandse onderwijssysteem, waarbij ze de invloeden van kolonialisme en de effecten van segregatie belicht. Het onderwijssysteem geeft kinderen van kleur vaak niet de ruimte om hun volledige potentieel te bereiken. Gesegregeerde scholen vergroten de kloof in onderwijskansen.   Segregatie in het basisonderwijs wordt onder andere bevorderd door het werken met schaduw-aanmeldingslijsten, waarbij wettelijke voorschriften zoals pas aanmelden op driejarige leeftijd worden ontdoken. Pas recent zijn er steeds meer gemeenten die hierop toezien en handhaven.  

Ook de manier waarop sociaaleconomische status en culturele achtergrond het onderwijsadvies en de onderwijskansen beïnvloeden komen aan bod. In een analyse van de structurele segregatie binnen het Nederlandse onderwijs wijst Nzume op de voortdurende verdeling van scholen langs raciale en economische lijnen, wat resulteert in een ongelijke verdeling van middelen en kansen. Zowel de actuele statistieken als persoonlijke verhalen laten zien hoe segregatie de sociale mobiliteit van minderheidsgroepen belemmert. Nzume benadrukt dat deze segregatie niet alleen plaatsvindt op institutioneel niveau, maar ook in het klaslokaal zelf, waar percepties, vooroordelen en verwachtingen van leerkrachten de leerervaringen van kinderen kleuren. De vooroordelen bij leerkrachten zijn diepgeworteld in het onderwijssysteem en beïnvloeden de interacties met en beoordelingen van leerlingen. Leerkrachten hebben vaak lagere verwachtingen van leerlingen van kleur, wat leidt tot een zelfvervullende voorspelling waarbij deze leerlingen minder presteren. De vaak witte leraren leveren weinig rolmodellen.  De inhoud van lesmateriaal geeft vaak een vertekend beeld van geschiedenis en cultuur, vooral betreffende minderheidsgroepen. Veel lesboeken hebben een eurocentrische focus. Een divers perspectief dat de realiteit van een multiculturele samenleving weerspiegelt is afwezig. De impact van cultureel bevooroordeelde lesmaterialen op de perceptie en het zelfbeeld van leerlingen van kleur mag niet worden onderschat. Nzume geeft suggesties hoe lesmateriaal kan worden herzien om inclusiever te zijn (en doet verslag van de reactie van educatieve uitgevers daarop).

Taalontwikkeling
Nzume gaat uitgebreid in op het belang van taalontwikkeling. Bij ‘witte’ kinderen wordt anders omgegaan met taalproblemen dan bij kinderen van kleur. Naast kleur speelt ook klasse daarbij een rol (‘Sander en Floor hebben dyslexie, Achmed en Ayse hebben een taalachterstand’). In dit kader bespreekt ze ook onderwijs aan vluchtelingenkinderen. Het stoort haar dat Juf Kiet uit de befaamde documentaire (2017) de kinderen in haar klas ‘dwingt’ om Nederlands met elkaar te spreken. Ze ziet dat als een probleem van taalnationalisme van juf Kiet als ‘witte redder’. Dit lijkt me wat kort door de bocht. Het gaat hier niet om een school in een azc, maar om een instroomklas in een gewone basisschool. Juf Kiet spreekt als het om de moedertaal van de kinderen gaat zeker niet over ‘hun taaltje’. Het gaat haar om communicatie en groepsvorming. Nzume stelt dat Juf Kiet met het verbod op het spreken van de eigen taal hun verbinding met elkaar afpakt. Maar in de klas zitten kinderen die veel verschillende talen spreken. Per taal soms maar een of twee. Naast de praktische moeilijkheid voor een juf om alle talen te spreken, laat de documentaire zien hoe het Nederlands het mogelijk maakt voor kinderen om met elkaar te spreken en zich te verbinden. Het is een manier om in een dergelijke zeer diverse klas een vorm van onderdompeling in de taal (iets dat Nzume terecht zeer belangrijk vindt) te realiseren. Het gaat om jonge kinderen die snel taal oppikken. Kinderen die al wat langer in de klas zitten helpen, al of niet in hun eigen taal, anderen.

Het is de vraag of de door Nzume geprefereerde oplossing om deze kinderen meteen in een gewone klas te zetten gaat werken, getuige de problemen van scholen om passend onderwijs te realiseren en de mogelijke uitsluiting en pesten in de klas. Neemt niet weg dat dat zo snel mogelijk zou moeten en dat leerkrachten daarmee om moeten leren gaan. De positieve kanten van meertaligheid, ook van niet-westerse talen, worden door Nzume terecht benadrukt. Er kan en moet in het onderwijs meer gedaan worden om de eigen taal, cultuur en ervaringen als een kracht en niet als een tekortkoming te zien. Of de verwijzing naar OALT (blz. 105) daarbij nu zo gelukkig is, is een tweede. Het is niet alleen bezuiniging waarom dit niet meer bestaat.

Boos en belangrijk
Het boek eindigt met een brief aan ouders, verzorgers en leerkrachten met suggesties om de invloed van racisme in het onderwijs aan te pakken. Leerkrachten worden opgeroepen te luisteren naar de kinderen en hun ouders, om inzicht te krijgen van de redenen waarom andere groepen het moeilijk hebben, maar ook in de kracht van deze leerlingen: zo’n kind kan een tandje hoger aan als het weet dat je in hem/haar/hen gelooft?

Hallo witte scholen is een boos en belangrijk boek voor iedereen die werkzaam is in het onderwijs, zowel leraren als beleidsmakers. Door persoonlijke anekdotes te vermengen met historische analyse, schetst Nzume een beeld van een onderwijssysteem dat dringend behoefte heeft aan hervorming. Sommige voorbeelden laten wellicht ook een andere interpretatie toe en voorgestelde aanpakken zijn soms wat algemeen of kort door de bocht. Wellicht is er meer uit een documentaire als Klassen te leren dan een provocatieve karakterisering als ‘poverty porn’ doet vermoeden.  Maar steeds stemt het boek tot kritisch nadenken en nodigt uit tot discussie. Nzume laat overtuigend zien dat kansenongelijkheid alleen kan worden tegengegaan wanneer leerkrachten, docenten, en iedereen die met onderwijs te maken heeft, kritisch kijkt naar zichzelf en naar hoe systemisch segregatie en ongelijkheid functioneren in de grotere historische en maatschappelijke context.  Er zijn veel aanknopingspunten voor een meer reflectieve praktijk die leraren helpt hun eigen vooroordelen te herkennen en aan te pakken.

Hallo witte mensen over wit privilege maakte in 2017 veel discussie los. Dit nieuwe boek geeft veel voeding aan discussies over segregatie en kansenongelijkheid in en door het onderwijs. Het is des te relevanter in een tijdperk waarin een omvolkingsdenker, de maker van het Zwarte Pietenjournaal of iemand die in elk gewelddadig incident een noord-afrikaan waarneemt, minister kunnen worden.

 

Anousha Nzume (2023), Hallo witte scholen. Klasse heeft ook een kleur. Uitgeverij Pluim

 

 

Jeroen Onstenk
Emeritus lector Pedagogisch en Didactisch handelen in het onderwijs bij Hogeschool Inholland en redacteur van DNM.
jeroenonstenk@outlook.com

#comments#
Uw internetbrowser is verouderd.

Voor een goede weergave is een recente versie van uw browser vereist.